"Zorg? Dat is echt niet alleen maar billen wassen."
Wat hij jongeren wil meegeven? “Gewoon proberen. Doe een bijbaantje in de zorg. Dan zie je of het wat voor je is. Het is echt niet alleen maar billen wassen. Er zijn ook heel veel mooie kanten. Dingen die je bij een andere baan nooit meemaakt.”
Zijn interesse in de zorg begon onverwachts. “Ik wilde eerst tandarts worden, maar dat duurt zó lang qua studie, dat leek me niks. Mijn moeder vroeg op een gegeven moment: ‘Wil je niet verpleegkundige worden?’ Sindsdien ben ik die richting op gegaan.” Een vakantiebaantje in de ouderenzorg bevestigde zijn gevoel. “Ik wilde gewoon even kijken hoe het was. Toen merkte ik: dit is echt leuk. Je maakt connectie met mensen. Ze herkennen je. Ze vinden het leuk als je komt.”
Wat hij het mooist vindt? “Dat mensen je blijven herkennen. Zelfs bewoners met dementie. Dan loop ik even terug naar mijn oude afdeling en dan komen ze naar me toe. Ze zwaaien, vragen hoe het met me gaat. Dat vind ik het allermooist.”
"Je maakt connectie met mensen."
Zijn werkdag begint met de overdracht van de nachtdienst, gevolgd door het uitdelen van medicatie en helpen met opstaan. “We wassen mensen, kleden ze aan, zetten ze op de wc of helpen met douchen. Rond een uur of elf is iedereen vaak verzorgd, aangekleed en heeft medicatie gehad.” Daarna volgen soms overleggen of andere taken. “Elke dag is anders. Zeker als verpleegkundige. Dan heb je ook overleg met de arts of fysio. Je hebt een bepaalde verantwoordelijkheid. Dat maakt het juist leuk.”
Hij leert veel door te doen. “Je ziet hoe iemands huid eruitziet, hoe iemand zich gedraagt. Als ik zie dat iemand koorts heeft, bel ik de arts, geef ik paracetamol, dan leg ik iemand in bed. Je moet gelijk handelen.”
Eén moment blijft hem bij. “Er was een bewoner die ik helemaal vanaf het begin kende. Ik heb haar achteruit zien gaan tot dat ze overleed. Dat is een moment dat je bijblijft. Niet omdat het naar was, maar juist omdat het heel mooi was. Dat je tot het laatste moment zorg kunt geven.”
Als jonge collega op de werkvloer voelt hij zich prettig. “Ik kan goed omgaan met computers en telefoons, dus daarmee kan ik anderen helpen. En verder zijn het gewoon mensen. Ook al zijn collega’s van veertig of vijftig, het is gewoon gezellig.”
Voor de toekomst houdt hij het open. “Ik ben nu bezig met de opleiding. Misschien later een HBO-opleiding. Maar eerst gewoon een paar jaar werken en kijken wat ik leuk vind.”
Wat hij jongeren wil meegeven? “Gewoon proberen. Doe een bijbaantje in de zorg. Dan zie je of het wat voor je is. Het is echt niet alleen maar billen wassen. Er zijn ook heel veel mooie kanten. Dingen die je bij een andere baan nooit meemaakt."